Menu
klokkengieterijmuseum Hemony Gebroeders Hemony

Gebroeders Hemony



Na vestiging in Nederland fungeerden de uit Lotharingen (beiden geboren te Levécourt) afkomstige broers Francois (1609-1667) en Pierre Hemony (1619-1680) aanvankelijk als klokkengieters en geschutsgieters. Zij kregen echter al snel faam als klokkengieters en carillonfabrikanten vanwege de hoge graad van toonzuiverheid van hun carillons.

Zij werkten eerst voornamelijk vanuit Zutphen sedert 1642. Francois werd in 1657 naar Amsterdam geroepen om daar carillons te maken. Zijn broer Pierre (als klokkengieter noemde hij zich Pieter) ging in, voornamelijk, de Zuidelijke Nederlanden werken. Hij signeerde zijn klokken voornamelijk met de naam Petrus. Hij voegde zich in 1664 bij zijn broer Francois in Amsterdam en samen goten zij naast beiaarden ook veel geschut, onderandere voor de Tweede Engelse oorlog. Sinds 1663 goot Francois ook beelden, zoals die op het paleis (toen stadhuis) te Amsterdam.

Samen hebben Francois en Pieter Hemony ongeveer 51 carillons gemaakt, voor zowel het binnenland als het buitenland. Zij wisten door de klokken op een speciale manier te stemmen een zeer zuivere toon te bereiken. De hoge perfectie in het stemmen hadden zij mede te danken aan de Utrechtse beiaardier en fluitist Jacob van Eyck (1590-1657). Van de 51 beiaarden zijn er 29 bewaard gebleven. De meeste zijn echter zodanig gerestaureerd dat alleen de zwaardere Hemony klokken gehandhaafd werden. De overige werden vervangen.

Na de dood van François Hemony in 1667 zette Pieter het bedrijf voort en een week nadat hij het carillon voor de Amsterdamse Munttoren voltooide kende het stadsbestuur hem de titel toe van “Stadsklokkengieter van Amsterdam”, waarmee hij de officiële opvolger van zijn broer werd. Pieter maakte nadien nog 10 complete carillons, waarvan er twee groter waren dan die zijn broer ooit gemaakt had. Daarnaast breidde hij een flink aantal eerder door zijn broer geleverde spelen uit (bijvoorbeeld Groningen, Haarlem, Utrecht Jacobi, Delft etc.)  Doordat de economische situatie van het land de aanschaf van nieuwe carillons beperkte, vond Pieter Hemony de tijd om zich met “hobby’s” bezig te houden: de fabricage van een compleet uurwerk met speeltrommel (Amsterdam/Munt), ontwikkeling van kleinere beiaardklokken, methode om tafelbellen zuiver te stemmen. 
Enkele weken voor zijn dood in 1680 nam hij van de stad Leiden nog de opdracht aan het Leidse instrument met 12 zware basklokken uit te breiden.

Tags: ,

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *